.jpg)
DNM-Online Boeken en beschouwingen
DNM-Online
Werken met data in de eigen school
Harold Ansink, sectordirecteur Petrus Canisius College Alkmaar
Landelijke netwerkbijeenkomst Werken met data in de eigen school 24 maart 2015
Op 24 maart vond de halfjaarlijkse netwerkbijeenkomst Werken met data plaats in Kontakt der Kontinenten in Soesterberg. Deze netwerkbijeenkomsten worden georganiseerd door The Implementation Group en BMC Advies. Het thema was ditmaal Hoe organiseer ik het werken met data in de eigen school?
Onder leiding van Klaas Pit (BMC) werden, vanuit de schoolpraktijk, verscheidene aspecten belicht en verkend van de voordelen en valkuilen van het gebruik van al die gegevens die tegenwoordig zo gemakkelijk zijn te verzamelen en met elkaar te verbinden. Een mooie opening van de dag was het verhaal van Keniaas schoolhoofd die wat hij hoorde en zag in zijn school keurig bijhield in zijn hoofd en op schrift. Aan het einde van het schooljaar presenteerde hij zijn bevindingen en legde uit welke docenten dat jaar minder hadden gepresteerd dan de anderen om vervolgens enkel goed presterende docenten te vragen deze collega’s het volgend schooljaar te helpen om beter te worden. Een mooi voorbeeld hoe “data” een levendig vervolg in de school krijgen.
Het programma kende twee hoofdonderwerpen. In de ochtend liet CVO ’t Gooi zien hoe data over de schoolloopbaan werden verzameld en ingezet om te, samen met het primair onderwijs, oorzaken te kunnen vinden voor de relatief grote afstroom naar 3 mavo. Het onderzoek loopt inmiddels ruim twee jaar en geeft zo langzamerhand een aardige onderbouwing van de veronderstelde oorzaken (basisschooladvies, thuissituatie, werkhouding, enz.). Het onderzoek komt nu in de fase terecht van wat er aan te doen is.
Naar aanleiding van de presentatie van dit onderzoek (opzet en voorlopige uitkomsten) ontstond een levendige discussie over privacy (wat kun je wel wat niet terugkoppelen naar de basisschool?), de betekenis van het advies van de basisschool en over de betekenis van data: er is er zoveel, welke dat vooral zijn relevant, hoe zorg je ervoor dat data niet al te dominant worden, enz.?
Naar aanleiding van het ochtendprogramma is gediscussieerd over de volgende vragen: ◦In hoeverre kunnen data ondersteunend zijn bij het nieuwe toelatingsbeleid? ◦Hoe voorkom je dat basisscholen en vo-scholen elkaar in een wurggreep gaan houden? ◦Ga je niet met z’n allen op zeker spelen? ◦In hoeverre houd je nog rekening met ontwikkeling bij kinderen? ◦Welke rol speelt privacy? |
In de middags Harry van Goor hoe hij eerst op Het Noordik en later op Landstede het werken met data heeft geïmplementeerd. Deze ervaringen hebben hem geleerd dat elke organisatie een eigen aanpak vergt. Toch zijn er ook enkele constanten: creëer urgentiebesef, zorg voor een levendige verbinding met de docenten in de school (eigenaarschap) en zorg een doel- en resultaatgerichte aanpak. Ook niet onbelangrijk: stel een docent aan als kwaliteitsmedewerker: iemand die draagvlak heeft in de school.
De beide verhalen kenden een paar duidelijke rode draden: wees altijd duidelijk en transparant in wat je doet en vooral als het om data gaat waarom je het doet. Om met Wouter Harte te spreken, het werken met data laat zich zo gemakkelijk regelen vanuit de systeemwereld, terwijl het moet beginnen met het vaststellen van de bedoeling. Verder: gebruik data vooral om de dialoog in de school aan te gaan. Tenslotte: één van de scholen presenteert op de derde dinsdag in september de cijfers van de school; een week later gaan de teams aan het werk om te bepalen wat ze aan de hand van deze data presentatie gaan ondernemen.
Geef hieronder uw reactie op dit nieuwsitem
